U kunt scores invoeren in een andere toepassing en deze importeren in Brightspace® met een CSV-, TSV- of TXT-bestand. U kunt ook nieuwe score-onderdelen maken via een importbestand door een kolom aan het bestand toe te voegen. Alle scores die u importeert voor score-onderdelen voor discussies en opdrachten worden ook gesynchroniseerd met Discussies en Opdrachten als gepubliceerde feedback.
Het importbestand moet een standaardindeling hebben. Gebruik voor het importeren het voorbeeldbestand Scores als referentiepunt. D2L® raadt u aan uw scorerapport in te stellen in Brightspace®, zelfs als u scores wilt invoeren in een CSV-, TSV- of TXT-bestand.
Let op het volgende:
- Als u een scorewaarde invoert die groter is dan de waarde voor het score-onderdeel, wordt de waarde van de score afgetopt, tenzij u de optie Overschrijding mogelijk hebt geselecteerd bij het instellen van het score-onderdeel.
- Importeer geen andere opties, zoals de voornaam, het e-mailadres of de gewogen score van een gebruiker.
- Als u de prestaties wilt verbeteren bij het importeren van scores voor grote groepen, importeert u alleen score-onderdelen die zijn gewijzigd en indien mogelijk per groep of sectie.
Veld
|
Beschrijving
|
Voorbeeld
|
| OrgDefinedID |
Een uniek nummer voor het identificeren van een gebruiker in Brightspace®. U moet een gebruikersnaam of een door de organisatie gedefinieerde id (of beide) opgeven. |
20067930 |
| Gebruikersnaam |
Een unieke naam voor het identificeren van een gebruiker in Brightspace®. U moet een gebruikersnaam of een door de organisatie gedefinieerde id (of beide) opgeven. |
Frank.Catcher |
| Puntenscore |
Numerieke score-onderdelen en score-onderdelen van het type voldoende/onvoldoende moeten worden gelabeld met de naam van het score-onderdeel, gevolgd door Puntenscore. De scores van gebruikers moeten gelijk zijn aan de puntenscore die ze hebben gekregen. Bijvoorbeeld 44 punten van een mogelijke 50 punten. |
44 |
| Scoresymbool |
Score-onderdelen met selectievakje moeten worden gelabeld met de naam van het score-onderdeel, gevolgd door Scoresymbool. De scores van gebruikers moeten een reeds bestaand symbool van een scoreschema zijn. Bijvoorbeeld Zeer goed, Verdienstelijk of 3,5. |
Zeer goed |
| Tekstscore |
Tekstscore-onderdelen moeten worden gelabeld met de naam van het score-onderdeel, gevolgd door Tekstscore. De scores van gebruikers kunnen elke tekstwaarde zijn. Tekstscore-onderdelen tellen niet mee voor de eindscore van gebruikers. |
Perfecte aanwezigheid! |
| De teller van de aangepaste eindscore |
Het totaal aantal punten dat een gebruiker in een cursus heeft behaald. U kunt de percentagescore van een gebruiker invoeren (zonder het %-teken) als u 100 als noemer invoert. Bijvoorbeeld 84 punten van 100 punten of 230 punten van 285 punten. |
84 |
| De noemer van de aangepaste eindscore |
Het totaal aantal beschikbare punten in een cursus. Voer 100 in als u de procentuele scores van gebruikers wilt vastleggen. Bijvoorbeeld _ / 100 punten beschikbaar of _ / 285 punten beschikbaar. |
100 |
| Einde-van-regel-indicator | Regelopleidend teken |
De laatste kolom moet het label Indicator voor einde regel hebben, zodat het systeem weet wanneer de volgende reeks gegevens begint. Het einde van de regel van elke gebruiker moet worden aangegeven met een hekje (#).
Wanneer u een CSV-bestand exporteert in Excel, wordt de hekjes-toets "#" weergegeven als een regelopleidend teken.
|
Nr. |